De borstvoeding moest koste wat kost lukken!

Een vriendin vertelde laatst over haar schermutselingen met borstvoeding. Oh zo herkenbaar! Ik denk dan weer terug aan mijn bezeten persoonlijkheid van toen. Kostte wat kost, de borstvoeding moest lukken! Alsof het leven van de kleine ervan afhing. Tot hoever wil je gaan en wanneer geef je op. Ik ging best ver.

Ok, ok, geen thuisbevalling. Ok, ok, een vacuümpomp dan maar. De kleine zou daardoor waarschijnlijk niet kunnen drinken uit de borst vanwege de hoofdpijn/hersenschudding. ’s Nachts kon een nachtzuster goed helpen en dronk de kleine zowaar. Thuis kreeg mijn zoontje mijn bella’s in de hamburger/c-vorm aangeboden. Hij was echter met geen mogelijkheid wakker te krijgen of viel na een slokje weer lekker in slaap. Natte washandjes, voetjes bewegen, broek uit, nekje kriebelen hadden geen effect. Ik begon te twijfelen. Had ik dan iets overgeslagen in de borstvoedingsvoorlichting? Het hoort volgens de boekjes nu toch fijn te zijn om borstvoeding te geven? Flesjes? Nee, borstvoeding is het beste voor je kind!

Toen de kleine na 2 a 3 dagen te veel in gewicht was gedaald, kreeg de borstvoeding concurrentie van fingerfeeding door vriendlief. Met een spuitje en pink ernaast de baby melk laten zuigen. Als een tierelier. Daar zat ik dan, met mijn goede gedrag.

Het leek daarna twee weken even goed te gaan. Tot de weegschaal bij het consultatiebureau zei dat de kleine amper gegroeid was in de derde week. Nog, nog beter mijn best doen. Google werd mijn beste vriend. Niemand bracht mij op andere gedachten. ‘Ik zie gewoon dat hij nu lekker kan slapen op dat flesje melk’ of ‘wat God niet geeft, maakt nutricia’. Het wilde niet landen.’s Nachts in tranen een of andere borstvoedingslijn bellen, een afspraak maken met twee lactatiekundigen tegelijk, een gedetailleerde klachtenbrief over de begeleiding van de borstvoeding in het ziekenhuis. Ik was toch niet normaal!

Het kon zo niet langer en dat dacht de huisarts ook. Die stuurde ons naar het ziekenhuis omdat de kleine nog steeds geel was. Om een lang verhaal kort te maken, ons ventje bleek het syndroom van Alagille te hebben (mooie naam voor zeldzaam syndroom waarbij o.a. de lever weinig galgangetjes heeft). De kleine kreeg speciale voeding en ik stopte met de borstvoeding! Die zakjes afgekolfde melk hebben nog lang in de vriezer gelegen. Te weinig voor de moedermelkbank, en ijsjes? Tsja… Maaaar, wat een opluchting. Ik kreeg mijzelf langzaam weer terug. De hormonen ebden weg.

Ik had ook wel kunnen voorspellen dat de val van de hormonen eens moest komen. Wat voelde ik mij goed tijdens de zwangerschap! Alle coaching en therapieën had ik stopgezet! Perfectionisme? Onzekerheid? Wat is dat? Helaas, die karaktertrekken kwamen extra hard terug na de bevalling. Nu ben ik weer aardig mezelf en met mijn eigen aardige zelf gooi ik mij helemaal op de gratis coaching die een baby (met syndroom als bonus) geeft. Een baby die nog steeds moeilijk groeit maar er wel hard bij blijft lachen, de bikkel. Borstvoeding is ideaal, maar het is idealer dat je baby met kunstvoeding kan overleven.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.